Nieuwsbrief mei 2018

Polder Stein in bloei

Half mei is de polder Stein op zijn mooist. Het geel van de gele lissen langs de oevers van sloten in lange linten. Het bruin en geel van de graslanden door o.a. de vele veldzuring en boterbloemen. Witte velden van fluitenkruid, een plantensoort die het landschapsbeeld van de polder  in combinatie met hier en daar koolzaad twee weken lang siert.
Maar dat mooie witbloeiende fluitenkruid mag vanuit de gewenste terreincondities niet te algemeen worden want waar veel fluitenkruid groeit is geen plaats meer voor broedende weidevogels. En er is ook nog een ander gevolg. Vogelsoorten als (zomer)brandganzen, niet zo erg gewaardeerd in de landbouw zijn massaal gaan nestelen tussen de hoog groeiende fluitenkruid.


Oevers begroeid met gele linten van gele lis. Polder Stein Noord. Foto: 16 mei2018


Gele lissenlandschap Stein, Lang Roggebroek en Oukoop: fotoalbum


Wakende scholekster op hek van Hoeve Stein. Op de achtergrond een geplagde en ingezaaide oever waarin het roze van echte koekoeksbloem. Foto: 16 mei 2018


Waterviolier als kritische waterplant

De waterplant waterviolier is rond Gouda/Reeuwijk een vrij zeldzame verschijning. De soort is gebonden aan een vrij goede waterkwaliteit en groeit bij voorkeur in sloten met een licht kleiïge ondergrond. Zeer fraaie groeiplaatsen zijn te vinden in de polders Stein zuid en Groot Hekendorp in/nabij de voormalige boezems. In slootjes die qua doorstroming ver weg van het inlaatsysteem liggen waardoor de waterkwaliteit goed is. Op de foto hiernaast in de polder Stein zuid: waterviolier zuidelijk van het stuwschot ontbreekt hetgeen te maken heeft met een dichtbij gelegen inlaat van vers rivierwater vanuit de Hollandse IJssel.


Het laat maar weer eens zien hoe belangrijk de waterkwaliteit kan zijn als factor voor het wel of niet aanwezig zijn van bepaalde plantensoorten.

Opvallend. Massaal groeiende waterviolier noordelijk van een stuwschot in de polder Stein zuid. Zuidelijk van het stuwschot groeit geen waterviolier. Foto: 9 mei 2018.


Waterviolier: fotoalbum


Steeds meer voedselzoekende lepelaars in de polder Stein

De laatste jaren bezoeken in voorjaar en nazomer steeds meer lepelaars de polder Stein Noord. Blijkbaar is er voldoende voedsel te vinden want ik zie ze regelmatig  slootkanten afvissen. Een mooie waarneming was die op 1 mei j.l. Een lepelaar in een oever  tussen de moerasplanten had een flinke rietvoorn gevangen, welke na een aantal pogingen  werd verorberd.


Lepelaar met een flinke rietvoorn. Er waren wel flink wat manoeuvres nodig om het exemplaar weg te werken. Foto: 1 mei 2018

Fotoalbum Lepelaar


Broedende kokmeeuwen op de Hooge Boezem bij Haastrecht

Visdief en kokmeeuw doen het goed als broedvogel in het natuurgebied de Hooge Boezem. In 2017 werden 45 visdiefnesten geteld. De kokmeeuw broedde voor het eerst in 2014 met drie paartjes in de visdiefkolonie. In 2017 was dat toegenomen tot 42 paar. Ook dit voorjaar zijn er weer flink wat paren aanwezig. Verschillende eilandjes waar visdief en kokmeeuw op broeden zijn wel behoorlijk aan het afkalven. Tussen de kokmeeuwen verbleef geruime tijd een paartje zwartkopmeeuw, maar uiteindelijk waren die toch weer verdwenen.

Nestelende kokmeeuwen op een eilandje in de Hooge Boezem. Door afkalving worden de eilandjes wel steeds kleiner. Foto: 10 april 2018

Een kokmeeuwpaartje had er voor gekozen een nest te maken op een stuk kienhout dat boven water uitstak. Foto: 2 mei 2018


Koeien in de wei bij biologische Natuurhoeve de Goeij

Sinds enkele dagen lopen de melkkoeien ( ca. 175-200 stuks) van natuurhoeve de Goeij aan de Oukoopse Dijk in Reeuwijk weer buiten. De geplagde en met natuurzaden ingezaaide oevers worden amper begraasd of belopen om te drinken constateerde ik. Er is op het perceel een drinkbak op zonnecollectoren geplaatst zodat de koeien daar kunnen drinken. Ze maken er op een enkele uitzondering na allemaal gebruik van. Foto: 2 mei 2018

Reacties:
Kreeg verschillende reacties van lezers. Die gingen  met name over het grote aantal koeien waarbij men sterk twijfelde of eventuele weidevogels hier nog wel succesvol kunnen broeden.
Door een weidevogelwachter wordt vooraf gekeken of er weidevogels of kuikens op zo'n te begrazen perceel aanwezig zijn en is dit zo dan wordt de begrazing uitgesteld en op een ander perceel gedaan. Vooraf aan het maaien van percelen gebeurt dat ook. Of dit soort maatregelen ook daadwerkelijk succes vol zijn en de weidevogels daardoor voldoende beschermd kunnen worden zal moeten blijken door uitgebreid te monitoren op de aanwezigheid van nesten, kuikens en het uiteindelijke broedsucces.


Nog een foto van de melkkoeien in de wei. Op de voorgrond een nieuw gegraven veenputje als onderdeel van een natte ecologische zone waarvan de polder Oukoop onderdeel uitmaakt. Foto: 2 mei 2018


Drinkbak voor de koeien met zonnecollector die het water oppompt uit de sloot. De koeien hoeven op die manier niet meer uit de sloot te drinken waardoor vertrapping van de oever wordt voorkomen. Foto: 3 mei 2018


Slimme knobbelzwanen

Sommige knobbelzwanen zijn best slim als het gaat over het zoeken van een geschikte broedplaats. Dit paar heeft een nest gemaakt op een stukje kade met twee hekken die dienen als afscheiding tussen twee percelen. Niemand heeft last (ook de boer niet) van de nestelende zwanen. Niet alle knobbelzwanen overigens zijn zo slim. Sommige knobbelzwanen kiezen ook plekken uit die door de mens als uitermate hinderlijk wordt ervaren. In mijn woonwijk zit er nu ook een paar te broeden vlak naast een fietspad. De gent probeert het nest te beschermen en dreigt daardoor naar langsfietsende mensen. Zo af en toe ontstaat er flink wat reuring als de gent weer eens met open vleugels aan het dreigen is.

Deze knobbelzwaan heeft er voor gekozen om precies tussen twee hekken te gaan broeden. Een rustig plekje want het stukje kade wordt niet bereden door de boer. Foto: 2 mei 2018


De knobbelzwaan op het nest nog wat beter in beeld gebracht. Foto: 2 mei 2018


7-9 mei 2018. Veel agrarische graslanden gemaaid

Het mooie weer van de laatste dagen vormde een goede reden om de eerste keer te gaan maaien. Overal drukke aktiviteiten in de polders bij de boeren. Precies op tijd kon men het gewas binnen halen want de regen in de ochtend van Hemelvaartsdag kon men natuurlijk niet gebruiken. Het vroege maaien in mei heeft natuurlijk wel zijn gevolgen voor de weidevogels, zeker in polders waar weinig of niets aan bescherming wordt gedaan. Een flink deel van de weidevogels, zeker soorten als grutto, tureluur, scholekster en slobeend hadden op het tijdstip van maaien nog maar amper kuikens en veel legsels zullen dan ook wel verloren zijn gegaan. De kievit is wat minder kwetsbaar omdat flink wat kieviten al kuikens hadden. Maar ook in polders waar wel aan nestbescherming wordt gedaan in de vorm van het plaatsen van stokken zullen niet alle nesten (zeker niet van tureluur en slobeend) gevonden zijn vanwege het hoge gras. De kansen voor weidevogeloverleving op percelen met uitgestelde maaidatum is een stuk gunstiger.


3 mei 2018. De eerste vroege gruttokuikens in de polder Stein

Al ruim een week geleden zag ik de eerste kievitkuikens. Vandaag zag ik de eerste gruttokuikens lopen in de polder Stein Noord. Sommige grutto's nestelen al vroeg, soms zelfs al eind maart/begin april.  Ook het onderstaande gruttopaar moet al vrij vroeg begonnen zijn met nestelen. De kuikens waren nog maar hooguit een dag oud. Grutto's broeden ongeveer 23 dagen en het leggen van de meestal vier eieren duurt ook vier dagen. Dat betekent dat het eerste ei ongeveer 5 á 6 april gelegd zal zijn wat vrij vroeg is. Op www.waarneming.nl zijn de eerste kuikens die dit voorjaar werden gezien gemeld op 1 mei 2018.

De meeste grutto's leggen hun eieren zo tussen 10-15 april waardoor het ook nu (3 mei) nog ongeveer 7-10 dagen duurt voordat veel kuikens geboren worden. Op agrarisch grasland zal naar ik verwacht i.v.m. de goede weersverwachting voor de komende dagen binnenkort gemaaid gaan worden wat tegelijk betekend dat er weer het een en ander mis zal gaan. Zeker als er niet of onvoldoende aan nestbescherming is gedaan.


Op de foto zijn te zien de grutto-ouders waarvan een op het nest (achter de rechtergans). Er lopen ook twee gruttopullen maar w.s. zitten de andere twee nog onder de ouder op het nest. Foto: 3 mei2018
De foto (matige kwaliteit) is gemaakt vanaf een afstand van ruim 150 meter met digitale CANON met de optische zoom ingesteld op 65x
(is gelijk aan 1300 mm)


Plaatstrouw van weidevogels

Weidevogels zijn enorm trouw aan hun broedgebied. Ze broeden zelfs bijna ieder jaar op hetzelfde perceel als het jaar ervoor of in ieder geval vlak in de buurt waar ze het jaar ervoor tot broeden kwamen. Dat is zeker voor de grutto het geval. Dat heeft ringonderzoek aangetoond in de Schaalsmeerpolder in Noord-Holland door H.E. Fabritius rond 1970. Als we dit betrekken op het bovenstaande broedpaar grutto's in de polder Stein dan is ook hier sprake van een sterke broedtrouw binnen een deelgebiedje gelegen aan de westkant in genoemde polder. In het voorjaar van 2017 broedde in dit blok 1 paar grutto's, tezamen met 2 paar tureluurs en 5-6 paar kievit. Het gruttopaar met succes want de kuikens zijn vliegvlug geworden, wel aan de late kant want tussen 8-15 juni werd er nog druk door de ouders gealarmeerd(foto onder). Dit voorjaar broedden in dit blok niet 1 maar 2-3 gruttoparen. Van een van de paren zag ik op 3 mei de eerste kuikens. Op 4 mei trouwens was er nog een paring wat betekent dat dit om een laat broedgeval zal gaan. Verder in dit blok 2 paar tureluurs en 6-8 paar kievit.
Een paar jaar geleden is in dit deelgebiedje in Stein de waterstand verhoogd wat tot gevolg had dat een perceel langere tijd in het voorjaar plasdras kwam te staan, Inmiddels is dit perceel nog steeds nat maar wel inmiddels deels  begroeid met pitrus. Toch is het voor weidevogels nog steeds interessant.


Wakende en alarmerende gruttovrouw op hek van het perceel waar ook dit voorjaar een paar broedde. Foto: 8 juni 2017


4 mei 2018. Bijzondere dagvlinder. Het oranjetipje

Het oranjetipje is een dagvlinder welke zich vooral laat zien in de periode dat de pinksterbloemen en het look zonder look bloeit.  Het is een vrij algemene standvlinder die verspreid over heel Nederland voorkomt, maar de meeste waarnemingen worden gedaan in het meer oostelijke deel van Nederland. Ze komen ook voor in het Loetbos in de Krimpenerwaard. Opmerkelijk dat ik op een dag op drie plaatsen rond Gouda/Reeuwijk exemplaren zag rondvliegen. De omstandigheden waren wel optimaal. Zonnig, zo'n 18 graden, weinig wind en volop bloeiende pinksterbloemen en hier en daar ook look zonder look. Trof een mannetje aan in de polder Stein, twee mannelijke exemplaren in de Goudse Hout en twee exemplaren van om elkaar heen kringelende  man en vrouw in de rijk gevulde bloementuin van een vriend in de wijk Achterwillens in Gouda. Foto's zijn geplaatst in het onderstaand fotoalbum.


Fotoalbum nieuwsbrief mei 2018